EBENEZER HOME

Ulrich komt twee keer per jaar vanuit Duitsland naar Israël voor de Ebenezer liefdadigheid raadsvergaderingen. Hij komt meestal een paar dagen te vroeg, zodat hij tijd kan doorbrengen met de bewoners, piano voor hen kan spelen en beschikbaar kan zijn om het personeel te bemoedigen. Hij werd in 1986 gekozen in het internationale bestuur en was daarvoor al een actieve vriend en aanhanger van het Huis. Ulrich is een rustige en bescheiden man. Terwijl ik met hem praat in mijn kantoor, merk ik zijn diepe en actieve bezorgdheid, niet alleen voor Ebenezer Home, maar ook voor het Joodse volk en Israël. Ulrich kwam tot geloof in Jezus na het bijwonen van een bijeenkomst waar Billy Graham sprak in Stuttgart, Duitsland. Hij was vijftien jaar oud. Hij werd actief in de methodistische gemeente waar hij opgroeide en hielp met het werk van de kinderen. Toen hij klaar was met school, besloot hij theologie te gaan studeren en predikant te worden. Hij leerde oud-Hebreeuws en Grieks zodat hij het Oude en Nieuwe Testament in hun oorspronkelijke talen kon bestuderen. Terwijl hij de Bijbel bestudeerde, werd het voor Ulrich steeds duidelijker dat Israël een uniek volk was. Door God uitgekozen en voor specifieke doeleinden apart gezet van de andere naties. Ulrich werd geboren in 1948, na het einde van de Tweede Wereldoorlog, toen de volledige omvang van de gruwel van de Holocaust aan het licht kwam. Ulrich’s vader had in het Duitse leger in Frankrijk en de Oekraïne gediend. “Mijn generatie groeide gefrustreerd op door vragen die niet beantwoord werden door de oudere generatie. Ouders en hun ouders die nergens over praatten. Waar was de kerk tijdens de Holocaust?” zei Ulrich. “Deze vragen verontrustten me.”
Terwijl Ulrich voorganger was van een gemeente in Essen, ontmoette hij een tachtigjarige dame, mevrouw Kaufmann. Ze was een lid van zijn gemeente en was een eigenzinnige dame, die tijdens de Holocaust had geholpen Joden te verbergen. Na de oorlog voelde mevrouw Kaufmann zich niet alleen schuldig voor wat Duitsland als natie het Joodse volk had aangedaan, maar ook voor wat volgens haar de meeste christenen in Duitsland niet hadden gedaan tijdens de Holocaust. Ze begon met het organiseren van maandelijkse seminars om de gemeenten te onderwijzen over Israël en de Bijbel. In de jaren 50 begon ze bezoeken aan Israël te brengen en te netwerken met lokale gelovigen in het land. Ze nam vrienden mee om hen te laten zien wat er in Israël gebeurde. Halverwege de jaren 70 werd ze een van de oprichters van Ebenezer en zette ze een vriendenkring op voor het Huis – de Foerderkreis. Toen mevrouw Kaufmann met pensioen ging, vroeg ze Ulrich om de Foerderkreis over te nemen. “Het was een beslissing die mijn leven veranderde en vormde. Ik had het gevoel dat mijn generatie na de Holocaust veel te repareren had en ik heb mezelf hier volledig aan gegeven. Ik zie mezelf als een schakel tussen de kerk en het Joodse volk, een pleitbezorger voor Messiaanse Joden die niet altijd door de kerk worden geaccepteerd” concludeerde Ulrich. Er is zoveel meer dat ik in dit artikel zou willen opnemen na een gesprek met Ulrich (soms vind ik het vreselijk beperkt te worden door het aantal woorden). We maken graag van de gelegenheid gebruik om onze waardering uit te spreken voor Ulrich en de leden van Foerderkreis – echte vrienden van Ebenezer.
Dr. Faith Goldberg

God kende ons van vóór de grondlegging van de wereld, noemde ons bij onze naam en wees ons aan om de eeuwigheid voor ons te hebben gekocht met de kostbare prijs van Christus’ bloed. Met dit begrip in gedachten, zullen de overwegingen en prioriteiten van ons leven veranderen naarmate we deze feiten beter begrijpen. We dienen een ‘God van visie’, niet een ‘God van projecten’. Soms komt het verlangen om God te dienen met enthousiasme en een gewillig hart, en men reageert op de oproep “Wie zal ik zenden?” met een “Hier ben ik. Zend me!” In andere gevallen kan de reactie minder enthousiast zijn (zoals bij Jona), God beveelt gewoon – ‘Sta op, ga!’ Dan komt de routine, die meestal minder spannend en zelfs belastend is (velen van ons weten dit heel goed).
2 Kor. 5:14 toont ons de bereidheid om door te gaan en Christus te dienen volgens Zijn roeping, omdat de liefde van Christus ons dwingt. Dit is de drijvende kracht die ons elke dag inspireert.
Een van mijn favoriete verzen is de aanmoediging van David aan Salomo in 1 Kronieken 28:20 “Wees sterk en moedig, en handel; vrees niet en wees niet ontzet, want de Heere God, mijn God, is met je. Hij zal je niet in de steek laten noch teleurstellen en niet verlaten totdat al het werk voor de dienst van het huis des Heren is voltooid.” Met deze woorden moedigen we ook onze bewoners aan. Het Ebenezer Home is voor hen niet het einde van een ‘project’, maar een andere fase in Gods eeuwige ‘visie’ – het werk voor de dienst van het huis des Heren!
Ik maak van deze gelegenheid gebruik om u allemaal te bedanken dat u ons op de een of andere manier blijft steunen, zodat we deze visie voor onze bewoners in een dagelijkse realiteit kunnen omzetten.
Johnny Khoury

Antoinette stormde mijn kantoor binnen met een vel papier in haar hand: ‘Maak alstublieft twintig kopieën voor me! Dringend!” Ze gaf me een kopie en zei dat het een gedicht was dat ze had geschreven. Ze deelde de exemplaren van het gedicht onmiddellijk met de bewoners en het personeel. Het gedicht raakte onze maatschappelijk werker zo erg dat ze er tijdens de wekelijkse muzikale bijeenkomst over sprak. “Hoe kunnen we God helpen?” vroeg een van de bewoners en iedereen had een idee. God doet veel dingen door mensen. Als we God gehoorzamen en Hem door ons heen laten werken, doet Hij grote dingen. We kunnen Zijn liefde tonen en vooral degenen helpen die zichzelf niet kunnen helpen. Dat was de algemene consensus van de discussie. De sfeer die gecreëerd werd door dit delen was zo warm en gezegend dat sommigen niet terug naar hun kamer wilden toen de bijeenkomst voorbij was.
Christie Livingstone